Ávila maakte zijn profdebuut in het shirt van Boca Juniors. In het seizoen 2021 werd hij uitgeleend aan Rosario Central, de club waar Boca Juniors hem destijds wegplukte.
In juli 2022 ondertekende hij een vijfjarig contract bij de Belgische eersteklasser Royal Antwerp FC.[1] Hij startte in het tweede elftal en na een aanpassingsperiode kwam hij uit voor het eerste team. Met Antwerp werd hij kampioen van België en won hij de beker.
Na een seizoen bij Antwerp tekende hij in augustus 2023 een vijfjarig contract bij Ajax. Met de transfer was een bedrag van 12,5 miljoen tot 14,5 miljoen euro gemoeid. Op 3 september debuteerde hij voor Ajax, als basisspeler in de uitwedstrijd tegen Fortuna Sittard. Op 21 september maakte hij tijdens de thuiswedstrijd tegen Olympique Marseille als invaller zijn debuut in een Europees toernooi (de Europa League). Na het testen van Ávila als linksback kwamen zowel trainer John van 't Schip als Ávila zelf tot de conclusie dat dit niet zijn beste positie is.[2] Hij moest zich dus richten op de positie van linker centrale verdediger, maar deze positie werd meestal al bezet door Jorrel Hato. Ávila kreeg hierdoor weinig speeltijd, en als hij wel speelde verliep dit niet altijd even goed.[3] In januari 2024 scheurde hij de voorste kruisband in zijn linkerknie.[4]