Vos werd in deze disciplines onder meer twee keer olympisch kampioene, veertien keer wereldkampioene, drie keer Europees kampioene en zestien keer Nederlands kampioene.
Op de weg droeg ze in alle drie de grote rondes de gele, roze en rode leiderstrui, respectievelijk bijbehorend bij de Ronde van Frankrijk, Ronde van Italië en Ronde van Spanje. De Ronde van Italië staat meerdere keren op haar naam. Ook won ze in deze drie rondes één of meerdere etappes.
Vos groeide op in het dorp Babyloniënbroek en woonde een tijdlang in Meeuwen, beide gelegen in de Noord-Brabantse gemeente Altena.[1] Al heel jong openbaarde zich bij haar het talent voor wielrennen, met talrijke successen bij de jeugdcategorieën. In juli 2022 maakte ze bekend een relatie te hebben met wielrenster Moniek Tenniglo.[2]
Tijdens haar eerste Nederlands kampioenschap op de weg werd ze in Maastricht eerste, door 1,5 kilometer voor de streep Chantal Beltman in te halen. Uiteindelijk bleef ze op de streep Sharon van Essen en Suzanne de Goede net voor.
Eind juni 2006 werd Marianne Vos uitgeroepen tot Talent van het Jaar 2006. Uit handen van Erica Terpstra, voorzitster van het NOC*NSF, ontving ze de bijbehorende trofee De Junior. De andere genomineerden waren zevenkampster Laurien Hoos en turner Epke Zonderland.
In 2011 werd Vos voor de vierde keer wereldkampioene in het veldrijden.[3] Ze won voor de vijfde keer op rij de Keetie van Oosten-Hage Trofee voor beste wielrenster van het jaar.[4] In juni 2011 werd ze voor de vierde keer Nederlands kampioene wielrennen op de weg.
In december 2013 werd ze uitgeroepen tot Nederlands mountainbikester van het jaar in de categorie Dames Elite. Ze won dat jaar onder andere de Sea Otter Classic en de Afxentia Stage Race. Ook behaalde ze een elfde plek tijdens de World Cup in Albstadt. Daarnaast behaalde ze in diezelfde maand de titel Sportvrouw van het jaar.
In de winter van 2014-2015 kreeg Vos last van een hamstringblessure.[7] Na haar bronzen medaille op het WK veldrijden op 31 januari in Tabor stelde ze haar rentree op de weg diverse keren uit. In maart had ze nog ambities om op de Olympische Spelen in Rio de Janeiro ook deel te nemen op de mountainbike.[8] Op 6 april won ze verrassend haar eerste mountainbikewedstrijd Paasbike in Nieuwkuijk. Op 26 april brak ze een rib tijdens een mountainbikewedstrijd in Oostenrijk.[9] Nadat ze tweede werd in haar eigen Marianne Vos Classic, maar vervolgens de Europese Spelen, het NK op de weg en de Giro Rosa moest laten schieten, liet Vos op 21 juli weten de rest van het seizoen 2015 niet meer in actie te komen, omdat ze overtraind was.[10] Ook maakte ze bekend in het veldritseizoen 2015-2016 niet in actie te komen. Zelf noemde ze het verplicht rust nemen "mijn moeilijkste wedstrijd ooit".[11]
In de loop van de winter mocht ze haar trainingen langzaam opvoeren en in 2016 werd ze 10e in haar eerste wedstrijd, de Drentse 8 van Westerveld.[12] Hierna won ze de Pajot Hills Classic, haar tweede wedstrijd na haar comeback. In de sprint op kasseien in Dwars door de Westhoek kwam Vos hard ten val, zonder ernstige verwondingen.[13] Nadat ze voor de 7e keer de 7-Dorpenomloop Aalburg op haar naam schreef, won ze op 21 mei haar eerste World Tour-wedstrijd: de 3e etappe in de Ronde van Californië. In die maand werd ze officieel geselecteerd door bondscoach Johan Lammerts voor de Olympische wegrit op 7 augustus.
In 2022 werd ze voor de achtste keer wereldkampioene veldrijden in Fayetteville (Verenigde Staten), acht jaar na haar laatste keer.
In 2024 wist ze in de sprint om de tweede plaats de Belgische Lotte Kopecky en de Hongaarse Blanka Kata Vas achter zich te houden, nadat Kristen Faulkner uit de kopgroep was ontsnapt en onbedreigd naar goud reed.
Wereldkampioenschap op de weg
Op zaterdag 23 september 2006 werd Vos in het Oostenrijkse Salzburg wereldkampioene op de weg. In de sprint was ze de sterkste van een omvangrijke kopgroep. Trixi Worrack uit Duitsland werd tweede. Van 2007 tot en met 2011 volgden vijf zilveren medailles op rij, een record.
Tijdens het wereldkampioenschap wielrennen in Valkenburg op 22 september 2012 veroverde zij wederom de regenboogtrui. Ze maakte deel uit van een kopgroep die in de slotfase van de wedstrijd nog uit vijf rensters bestond. Op de Cauberg liet ze haar tegenstanders achter, waarna ze met een door een toeschouwer aangereikte vlag in haar handen de finish passeerde.
Op 28 september 2013 behaalde zij in het Italiaanse Florence voor de derde maal en voor de tweede keer op rij het wereldkampioenschap op de weg. Op de korte, maar venijnige Via Salviati nam zij op imposante wijze de benen. Het gaatje dat ze sloeg was niet groot, maar groot genoeg voor de wereldtitel. Ze kwam na 140 kilometer alleen aan. Achter de winnares pakte Emma Johansson zilver en Rossella Ratto brons. Anna van der Breggen eindigde als vierde. In 2015 ging Vos vanwege haar blessures niet naar het WK en in 2016 was ze meesterknecht voor topfavoriete Kirsten Wild. Vos ging meerdere keren in de aanval en aan de finish was ze de laatste lead-out voor Wild, die tweede werd achter Amalie Dideriksen.
Na haar blessures in 2015, was het nog onzeker of Vos in 2016 haar titel kon verdedigen tijdens de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. Drie maanden voor de Spelen werd ze toch geselecteerd voor de wegwedstrijd, waarin ze haar rol als meesterknecht en waterdrager vervulde. Annemiek van Vleuten was de sterkste op de slotklim, maar kwam in de daaropvolgende afdaling zwaar ten val. Haar landgenote Anna van der Breggen won uiteindelijk goud, Vos werd negende op ruim een minuut.
In 2024, 16 jaar na haar eerste Olympisch kampioenschap en 12 jaar na haar gouden medaille in de wegwedstrijd wielrennen op de Olympische Spelen, won Vos op de Olympische Zomerspelen 2024 in Parijs op het onderdeel wegwedstrijd een zilveren medaille.
Eerste Nederlandse die het WK gravel weet te winnen (2024)
Onderscheidingen
Marianne Vos werd drie maal (in 2008, 2009 en 2013) tot Sportvrouw van het jaar verkozen. Ze kreeg negen jaar achter elkaar (2006-2014) de Keetie van Oosten-Hage Trofee als beste wielrenster van het jaar en in 2024 kwam daar nog een tiende keer bij. In 2006 werd ze verkozen als Talent van het jaar. Na haar olympische titel in 2008 werd ze onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.[19] Na haar titel van 2012 ontving ze het beeldje Chapeau.[20] In 2018 ontving ze uit handen van voorzitter Christian Prudhomme van de belangenvereniging voor wedstrijdorganisatoren de 2017 AIOCC Trophy voor haar lange en indrukwekkende carrière.[21]
In de zeven plaatsen van de gemeente Aalburg staan Marianne Vos-bankjes; een voor elke wereldtitel die ze behaalde. Nadat in elke plaats een bankje was geplaatst, is de fusiegemeente Altena overgestapt op tafeltjes.[22] Op de Cauberg in Valkenburg aan de Geul wordt haar WK-zege van 2012 geëerd met een tegel op de "Hill of Fame" en in het naastgelegen vakantiepark is een straat naar haar vernoemd.[23]
Jeanine Laudy, Jan Willem Verkiel, Strijd in het vrouwenpeloton: de Giro door de ogen van Marianne Vos en Ellen van Dijk, Tirion Sport, 2013 (ISBN 9043916145). Het verhaal van Ellen van Dijk en Marianne Vos over de Giro Rosa (2011).