De kwalificatie voor het wereldkampioenschap voetbal 1954 duurde van 9 mei 1953 tot en met 3 april 1954 en zou bepalen welke landen mochten deelnemen aan het wereldkampioenschap voetbal in 1954.
Zwitserland (gastland) en Uruguay (titelverdediger) hoefden zich niet te kwalificeren voor het wereldkampioenschap voetbal 1954. De deelnemende landen werden verdeeld over 13 groepen, de winnaars kwalificeerden zich. Schotland werd tweede in de groep, maar kwalificeerde zich daarmee ook voor het hoofdtoernooi.
Groepen en wedstrijden
Twaalf Europese landen plaatsten zich voor het WK, vorig WK zes. Joegoslavië, Italië, Engeland en Zwitserland waren er opnieuw bij, Zweden en Spanje werden uitgeschakeld door respectievelijk België en Turkije. Verder plaatsen zich Hongarije, Oostenrijk, Frankrijk, West-Duitsland, Tsjecho-Slowakije en Schotland. Twee tickets waren er voor ploegen uit Zuid-Amerika, vorig WK vijf. Uruguay en Brazilië waren er weer bij, de afvallers waren Chili, Paraguay en Bolivia. Een vertegenwoordiger uit Noord-Amerika deed mee, vorig WK twee: Mexico was er weer bij, de Verenigde Staten vielen af. Zuid Korea was de vertegenwoordiger uit Azië.
Legenda
■Geplaatst voor het hoofdtoernooi.
■Extra play-off in de groep.
Groep 1
Voor de eerste keer sinds de Tweede Wereldoorlog mochten de West-Duitsers weer meedoen en kwalificeerden zich probleemloos. Enige smet was een gelijkspel tegen Noorwegen. Saarland, een betwist gebied tussen Duitsland en Frankrijk, deed voor de eerste en laatste keer zelfstandig mee.
Halvefinalist in 1950, Zweden, verloor veel kwaliteit omdat de spelers spelend in Italië niet mochten of wilden meedoen. België plaatste zich makkelijk en speelde alleen thuis tegen Finland gelijk.
De FIFA besloot net als in 1950 de kwalificatie gelijk te laten lopen met het Brits Kampioenschap. Engeland had totaal geen problemen en in tegenstelling tot 1950 vond Schotland een tweede plaats genoeg om naar Zwitserland af te reizen.
Halvefinalist in 1950, Spanje, leek een goede loting te hebben, Turkije leek geen probleem. Maar na een duidelijke zege in Madrid volgde een nipte nederlaag in Istanboel. Aangezien het doelsaldo nog niet doorslaggevend was, volgde een beslissingswedstrijd in Rome, waar beide ploegen in de wedstrijd voorkwamen, maar uiteindelijk de wedstrijd eindigde in een 2-2 gelijkspel. Een 14-jarig jongetje bezegelde het lot van Spanje met een muntstuk, een zwarte bladzijde voor het Spaanse voetbal, wat een van de weinige landen leek die de Hongaren zou kunnen weerstaan. Turkije mocht voor de eerste keer meedoen aan het WK en werd door deze onverwachte zege zelfs een geplaatst land tijdens de loting voor de eindronde.
Omdat het ook na de play-off gelijk stond werd een loting verricht om te bepalen welk land naar het hoofdtoernooi mocht. Turkije werd geloot en kwalificeerde zich daarmee voor het hoofdtoernooi. De loting werd verricht door Luigi Franco Gemma, een Italiaanse jongen wiens vader in het stadion werkt.[1]
Polen trok zich terug waardoor Hongarije zich automatisch kwalificeerde. Hongarije was de favoriet voor de titel met de ster "majoor" Ferenc Puskas, strateeg Nándor Hidegkuti en de 'man met het gouden hoofd', Sandor Kocsis. De Hongaren dankten hun reputatie aan het winnen van de olympische titel in 1952 en twee vriendschappelijke wedstrijden tegen Engeland, 3-6 in Londen, 7-1 in Boedapest. Het was het tijdperk van de Magische Magyaren.
Groep 8
Drie Oostbloklanden streden om een plaats. De Tsjechen wonnen maar waren niet meer zo sterk als in de jaren dertig.
Egypte maakte het de tweevoudig wereldkampioen best lastig, maar Italië had een langere adem in beide wedstrijden. Italië leek een sterke selectie te hebben om het 'slechte' wereldkampioenschap in 1950 te wreken.
In groep 10 vielen voor die tijd ongewoon weinig doelpunten. Met vier keer een 1-0 mochten de Joegoslaven het ongelukkige WK in 1950 en de tweede plaats op de Olympische Spelen een vervolg geven.
Na het rampzalige einde van het eigen WK in 1950 was dit Brazilië een overgangsteam met wat (schaarse) restanten van 1950 en nieuwe spelers die in 1958 tot bloei moeten komen: spelverdeler Didi, Nilton Santos en Djalma Santos. De grote man van dat team was de 'geniale' dribbelaar Julinho. Voor de eerste keer was er een kwalificatie nodig voor de Zuid-Amerikanen. Argentinië had nog steeds geen zin en Chili en Paraguay waren geen partij voor de in het eerst in het kanariegele spelende Brazilianen.
De eerste keer dat een Aziatisch land zich kon plaatsen voor het WK. Zuid-Korea versloeg de aartsvijand Japan en is na Nederlands-Indië de tweede Aziatische deelnemer.