De race werd gestopt na 24 van de 26 ronden na een zwaar ongeluk en als gevolg hiervan werden de standen aan het einde van ronde 23 gebruikt als de definitieve uitslag. In ronde 24 zette de kopgroep de langzaam rijdende Darren Milner, die onderweg was naar de pits met een mechanisch probleem, op een ronde. De eerste vijf rijders konden Milner, die op de ideale lijn reed, ontwijken, maar de zesde coureur, Reinhold Roth, reed op volle snelheid tegen hem aan zonder hem gezien te hebben. Àlex Crivillé, de zevende coureur, kon de twee coureurs niet ontwijken en viel ook. Hij was licht geblesseerd, maar Roth belandde in een coma met vele kwetsuren, waarvan een zware schedelbasisfractuur en hersenbloedingen de ernstigste waren. Zijn hersenen kregen acht minuten lang geen zuurstof en hierna werd de kans op overleven geschat op 10%. Hij verbleef twee weken in een ziekenhuis in Rijeka, waarna hij naar een kliniek in het Duitse Ravensburg werd gebracht. Na ruim een half jaar ontwaakte hij uit zijn coma en na twee jaar revalidatie mocht hij naar huis. Roth bleef wel voor de rest van zijn leven in een rolstoel en zijn geestelijke toestand is te vergelijken met die van een klein kind.
De race werd stilgelegd na een valpartij in de eerste ronde waarbij twaalf coureurs betrokken waren. Vijf van hen gingen niet van start bij de hervatting van de race.