Resolutie 344 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 344 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties was de laatste VN-Veiligheidsraadsresolutie uit 1973. Ze werd op 15 december van dat jaar aangenomen door tien leden. Vier leden, Frankrijk, de Sovjet-Unie, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten onthielden zich. China nam niet deel aan de stemming. De resolutie vroeg de secretaris-generaal om de geplande vredesconferentie voor het Midden-Oosten te faciliteren en de Veiligheidsraad tijdens de conferentie op de hoogte te houden van de onderhandelingen. Achtergrond Zie Jom Kipoeroorlog voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Na de overeenkomst van een staakt-het-vuren in de Jom Kipoeroorlog besloten de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie een vredesconferentie te organiseren waarop ze Egypte, Jordanië, Syrië en Israël uitnodigden. Het doel was het bereiken van duurzame vrede in het Midden-Oosten, waartoe de Veiligheidsraad in resolutie 338 had opgeroepen. Met deze resolutie steunde de Raad de conferentie, die werd voorgezeten door secretaris-generaal Kurt Waldheim en werd gehouden in de Zwitserse stad Genève. De spanningen tussen de Arabische en Israëlische delegaties bleven hoog en uiteindelijk werd de conferentie in januari 1974 zonder resultaat opgeschort.[1] InhoudDe Veiligheidsraad:
Verwante resoluties
Werken van of over dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 344 op de Engelstalige Wikisource.
Bronnen, noten en/of referenties
|